vrijdag 18 januari 2013

Tuinbonen

Tuinbonen -Vicia Faba - zijn zo'n beetje de eerste zaden die gezaaid worden in ons tuinseizoen. Al half januari kun je ze onder koud glas voorzaaien, om ze begin maart buiten uit te planten. Er is zelfs een ras (Aquadulce) wat  al in het najaar in de volle grond gezaaid kan worden, en een matige winter aankan. De laatste paar winters die we hier gehad hebben waren echter ook voor Aquadulce te streng. Toch maar beter in januari beginnen dan...

Er zijn bruinzadige en witzadige rassen, de bruinzadige hebben een wat dunner vlies, en bezitten die typische tuinbonensmaak. De bloemen zijn meestal wit met zwart, maar er zijn ook paarsbloeiende tuinbonen. Bij de witzadige rassen is de smaak minder uitgesproken, en het vlies dikker. Deze zijn minder geschikt om in te vriezen, omdat het vlies dan taai wordt.

Tuinbonen groeien op elk soort grond. Deze moet wel vocht kunnen leveren, en een vrij hoge ph hebben (7 à 8, of op zandgrond vanaf 6). Net als andere vlinderbloemigen binden tuinbonen stikstof uit de lucht, en is verdere bemesting niet nodig. Wel is een matige compostgift bij zandgrond, en op zwaardere grond enige kalium aangeraden.

Zaaien: vanaf half januari onder koud glas, uitplanten als de plantjes ca. 12 cm hoog zijn. Of zodra de grond het toelaat, begin maart in de volle grond. Zaaidiepte 3 tot 5 cm. Afstand tussen de planten 10 cm, met 60 cm tussen de rijen, of op dubbele rijen van 20*20 cm, met daartussen steeds 60 cm.
Na zes tot acht bloemtrossen  de koppen uit de planten halen, daar deze het aantrekkelijkst zijn voor luizen. De toppen kun je eten, dus als ze nog luisvrij zijn, gooi ze dan vooral niet op de composthoop!
Water geven bij droog weer als de planten in volle bloei staan.
Oogsten in juní/juli.

Goeie buren: dille en bonenkruid zouden helpen tegen luis. Verder brassica's, wortels, spinazie, aardappels.
Slechte buren:  ui, knoflook, venkel, zonnebloem





3 opmerkingen: